In Grondboor & Hamer 1993-3 verscheen een artikel over vondsten van Pleistocene nijlpaarden gedaan in zand- en grindgroeven langs de IJssel, van de Maasvlakte en van de bodem van de Noordzee tussen Engeland en Nederland. Aanleiding voor die publikatie waren de vondsten van enkele hand- en voetbeenderen van het Laatpleistocene nijlpaard Hippopotamus incognitus Faure, 1984 in de uiterwaarden van de IJssel bij Giesbeek. In het artikel werden ook andere vondsten die recentelijk gedaan waren opgesomd zodat met een artikel uit 1985 van Van Kolfschoten en Vervoort-Kerkhoff een kompleet overzicht ontstaan was over het aantal bekende overblijfselen van het nijlpaard (i.c. twee soorten, t.w. een Vroeg- tot Middenpleistocene soort Hippopotamus antiquus Desmarest, 1822 en de al genoemde Laatpleistocene soort). In totaal kwam het aantal vondsten op 20 stuks.