Keileem bestaat uit fijn materiaal dat voor een belangrijk deel van lokale herkomst is (de 'leem'), gemengd met allerlei van ver aangevoerde 'vreemde' bestanddelen: de 'keien' of erratica. De studie van in keileem aanwezige erratica is van belang omdat dit informatie verstrekt over de herkomst van het materiaal en daarmee over de bewegingsrichting van het ijs. Het vaststellen van de oorsprong van het vreemde materiaal geeft de minimale afstand en dus de meest directe weg waarover de gletsjer het materiaal heeft kunnen vervoeren. Indien de erratica echter duidelijk van meerdere plaatsen afkomstig zijn, dan is het mogelijk om de meer complexe bewegingen van de gletsjer te traceren. Door te kijken naar de samenstelling van de erratica op verschillende niveau's in de keileem kan men ook zien of de bewegingsrichting van het ijs tijdens de glaciatie is veranderd.

, , , , ,
Grondboor & Hamer

CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding")

Nederlandse Geologische Vereniging

J.J.M. van der Meer, & R. Wicander. (1994). Een Laatsilurische / Vroegdevonische acritarchenflora uit de keileem bij Steenwijk. Grondboor & Hamer, 48(1), 16–20.