Moderne ouderdomsbepalingen van gesteenten maken gebruik van de radioactiviteit. In 1896 ontdekte de Franse natuurkundige Becquerel dat uraniumzouten onzichtbare straling uitzenden, die afgesloten fotografisch materiaal belicht. Madame Curie vond, dat het scheikundige element thorium deze eigenschap ook bezit. Enkele uraniummineralen bleken zelfs nog veel sterker te stralen dan zuiver uranium. Die moesten dus nog een onbekend element bevatten met een veel heftiger werking. Uit pechblende slaagde Marie Curie er in samen met haar man Pierre het radium te isoleren. Zij noemde het stralingsverschijnsel radioactiviteit.

, , , , , , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

J. van Diggelen. (1973). Ouderdomsbepaling. Gea, 6(4), 84–88.