Het belang van de Waddenzee als complex ecosysteem, dat door zijn beschermde ligging en grote voedselrijkdom niet alleen dient tot broedgrond en kraamkamer van schol, tong en garnalen, maar tevens een sleutelpositie inneemt als fourage-, rust-, overwinterings- en broedgebied van miljoenen waad- en watervogels, wordt nationaal en internationaal alom erkend. De bescherming van het gebied wordt, vooral dankzij het werk van de Waddenvereniging, ook door Regering en Volksvertegenwoordiging nagestreefd. Was tot voor kort een van de grootste bedreigingen van het gebied de behoefte van onze waterbouwers om althans delen van de Waddenzee droog te leggen, nu dreigt op langere termijn het gevaar van verdrinking van het gebied. Immers, recente scenario's betreffende de te verwachten zeespiegelrijzing ten gevolge van het broeikaseffect, veroorzaakt door de verhoogde uitstoot van ondermeer kooldioxyde, voorspellen dat rond het jaar 2100 de zeespiegel wereldwijd 0,66m gestegen is (Warrick & Oerlemans, 1990). De huidige relatieve zeespiegelrijzing (relatief, omdat het de combinatie is van eustatische zeespiegelbewegingen en bodemdaling) in de Waddenzee bedraagt 0,13 m per eeuw (De Ronde en Vogel, 1988). Dit betekent dat de snelheid van zeespiegelrijzing in het jaar 2100 in de grootte-orde van 80 cm per eeuw zal komen te liggen. De grote vraag bij dit alles is of de sedimentaanvoer naar het Waddengebied en de opslibbing van de platen voldoende is om deze verhoging van het zeeniveau te compenseren. Mocht dat niet zo zijn dan zal een deel van de platen, die tijdens laag water droog vallen, verdrinken. Dit zal directe consequenties hebben voor de grootte van de populatie waadvogels, waarvan het fouragegebied kleiner wordt, maar mogelijk ook voor de totale voedselproduktie in de Waddenzee. Uiteraard zal een dergelijke zeespiegelrijzing ook hoge eisen stellen aan onze kustverdediging. Het is om al deze redenen dat de laatste jaren multidisciplinaire onderzoeksprojecten van ingenieurs, fysisch geografen, historici en geologen zijn opgezet om de problemen die hieruit kunnen voortvloeien voor te zijn. Aangezien een zeespiegelrijzing van 0,8 m per eeuw in de grootte-orde ligt van die gedurende de eerste helft van het Holoceen, kan een goed inzicht in de Holocene geologische ontwikkeling van de Nederlandse wadgebieden belangrijke informatie opleveren over het gedrag van een waddenzee bij versnelde zeespiegelrijzing.

, , , , , , , , , , , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

D.J. Beets, & A.J.F. van der Spek. (1994). Het Nederlandse waddengebied: ontstaansgeschiedenis en toekomstige ontwikkeling. Gea, 27(2), 51–57.