Veel mensen dragen graag mooie, sierlijke voorwerpen - dat is al zo sinds de vroege prehistorie. Eerst was het dragen van voorwerpen louter functioneel. Om de handen vrij te houden voor wapen of werktuig, werd om de hals een touwtje met een zakje gedragen waarin de kostbare spullen opgeborgen werden, want kleren met zakken waren nog niet bedacht. In de loop van de tijd werd het touwtje vervangen door een ketting van bijvoorbeeld berentanden waaraan bijzondere krachten werden toegeschreven. Moesten voorwerpen eerst nuttig zijn, later moesten ze ook mooi en sierlijk zijn. Mooi voor de drager, maar ook om complimenten en respect te ontvangen. Mensen ontlenen eigenwaarde en zelfrespect aan het dragen van sierlijke voorwerpen. De psycholoog Maslov beschrijft in zijn boek “Piramide van Maslov” de volgorde van menselijke behoeften: eerst eten en drinken, dan een veilige slaapplaats, daarna een familie- of groepsband, dan waardering en respect en ten slotte zelfrealisatie, kijken wat je (nog) meer kunt of wilt. Steeds wordt de voorgaande behoefte in voldoende mate vervuld eer de stap naar de volgende behoefte wordt gezet. Ook in onze huidige wereld bestaat de behoefte om mooie voorwerpen te dragen. In onze tijd van hoge materiële welvaart zijn veel sieraden gemaakt van eigentijdse en dure materialen: de menselijke evolutie verloopt als het ware van ‘berentand tot briljant’.

, , , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

K. Hoving. (2008). Edelsteenkunde: onmisbaar in de wereld van echt en imitatie. Gea, 41(4), 111–113.