Sinds 1976 bestaat er een samenwerkingsverband tussen Colombiaanse en Nederlandse Instituten en Universiteiten: het ECOANDES-projekt. Hieraan werken niet alleen biologen maar ook geologen, klimatologen en fysisch geografen mee. Doel van dit projekt is het vergaren van zoveel mogelijk kennis omtrent de ecosystemen van het Andes-gebergte, Zuid-Amerika, om zo tot een beter begrip te komen van de processen die zich hier afspelen. Uiteindelijk zal deze informatie er toe bijdragen verantwoorde projecties te maken over de invloed van landgebruik en beheer hierop. De meewerkende biologen hebben zich van meet afaan niet laten afschrikken door de grote diversiteit en onbekendheid van de mossen en lichenen in de Tropen en aan deze groepen is bij eerste inventarisaties dan ook niet voorbij gegaan. Mede dankzij de inspanningen van Dr.Gradstein (mossen), Drs.van Reenen (mossen) en Dr.Sipman (lichenen) is in de loop der jaren een goede kennis opgebouwd omtrent de in deze bossen voorkomende soorten en hun systematiek. Na de afronding van de eerste inventariserende fase werd meer diepte-onderzoek naar de vraag ‘waar komen de soorten voor en welke factoren zijn daarvoor bepalend?’ Bovendien was er nog één gebied binnen de bossen ongeinventariseerd gebleven wat om direkte aandacht vroeg: het kronendak. De boomkronen in de Tropen worden wel eens het laatste nog volledig onbekende biotoop op aarde genoemd, waarbij hun moeilijke toegankelijkheid een belangrijke rol speelt. Toch verdienen ze bijzondere aandacht, omdat in bergbossen we juist hier de grootste aantallen soorten planten (epifyten) vinden en omdat hier de grootste produktie plaatsvindt binnen het bos. Wat er in de kronen gebeurt is waarschijnlijk dan ook van belang voor de nutriënten- en waterhuishouding van het héle bos.