Voor een redacteur is het altijd plezierig om te bemerken dat zijn blad ook werkelijk wordt gelezen. Maar dat plezier is soms even onbestendig als de groeiplaatsen van onze studieobjecten. Van verschillende kanten bereikte mij het bericht dat het artikel over de mossen in de Leidse Hortus tot extra belangstelling voor de beschreven muurtjes vol mossen had geleid, dit tot ergernis van de tuinlieden die ongewenste verzamelactiviteiten constateerden; eenmaal door een verzamelaar met Buxbaumiella 32 in de hand. Op onze excursies wordt soms gekscherend gezegd: “Mossen en lichenen zijn pioniers en door ze te verzamelen houd je het pioniermilieu in stand.“ Is dat pioniermilieu een afgeplagd terrein waarop overvloedig Trematodon groeit, dan is zo’n opmerking wellicht terecht. Maar als het pioniermilieu een stenen substraat is, dan kan het zijn dat juist het enige polletje Grimmia tergestina wordt verzameld, waardoor zo’n soort uit Nederland verdwijnt. Of één van de schaarse polletjes Bryum donianum, zoals in de Hortus.