In een door Staatsbosbeheer heringerichte voormalige boomkwekerij werd een Lobelia-soort gevonden, die aanvakelijk werd gehouden voor Lobelia urens, een o.a. in Frankrijk voorkomende Atlantische soort. Bij nader onderzoek bleek de plant echter Lobelia inflata. ”Indian tobacco”, te zijn, een Amerikaanse soort. Bij navraag bleek dat op deze plaats in het Roekebos in de vijftiger, begin zestiger Jaren een kruidenkwekerij was gevestigd, waar naast andere medicinale kruiden ook Lobelia inflata werd geteeld. Na het verdwijnen van de kwekerij en boomaanplant heeft vermoedelijk 20 nu en dan sindsdien een enkel exemplaar van Lobelia inflata gebloeid en zaad gevormd, waardoor na de herinrichting van het terrein een ware explosie van deze soort kon plaatsvinden.