Jagers, blijken na het verdwijnen van de hondsdolheid, ten gevolge van de toepassing van orale immunisatie, een nieuwe ziekte ’ontdekt’ te hebben om een intensieve bejaging van de vos te verdedigen: de vossenpopulatie zou als reservoir voor de Brucellose-bacterie dienen (zie Zoogdier 91/2). In Duitsland heeft zich iets dergelijks voorgedaan, alleen met het tegenovergestelde effect. De vos is hier sinds enkele jaren in opspraak geraakt als de belangrijkste gastheer van de darmparasiet Echinococcus multilocularis. De mens kan voor deze parasiet als secundaire gastheer optreden, met mogelijk fatale gevolgen. De jagers zijn door de vloed van publikaties dermate verontrust dat sommigen zelfs ieder kontakt met de vos mijden. De plotselinge aandacht die de lintworm E. multilocularis in Duitsland sinds eind 1988 in de media kreeg, heeft ervoor gezorgd dat intussen in veel gebieden onderzoek naar het voorkomen van deze parasiet wordt gedaan. In Beieren, dat tot voor kort nog als E. multilocularis-vrij gold, is nu een zeer hoge besmettingsgraad onder de vossen (Vulpes vulpes) aangetoond: 27 %. Veel mensen geloven dat het om iets nieuws gaat, maar waarschijnlijker is dat dit soort gebieden al zeer lang geïnfecteerd is. Er is in Duitsland, met uitzondering van Baden-Württemberg, nooit systematisch onderzoek gedaan naar het voorkomen van deze parasiet, die door velen als de gevaarlijkste parasiet voor mensen in Midden-Europa wordt beschouwd.