In het weekend van 5 tot en met 7 oktober 2001 hield de Zoogdier Werkgroep Zeeland haar eigen zoogdierinventarisatiekamp in de Zak van Zuid-Beveland. In dit gebied doorsnijdt een enkele oude kreekrest het landschap en hier en daar liggen oude welen, die nog herinneren aan oude dijkdoorbraken. De min of meer concentrisch verlopende landaanwinningen zijn door dijken omgeven. Deze oude omwallingen zijn inmiddels omgevormd tot fraaie bloemdijken met een hoog natuurhistorisch gehalte. Het kamp was opgeslagen in de werkschuur van Natuurmonumenten. Ook dit keer waren de dijken het onderwerp van speciale aandacht in het Zeeuwse. Werkgroepleden zetten ruim van tevoren 40 Longworth-vallen en 17 trip-trapvallen neer en groeven 80 pitfall’s in, verdeeld over acht locaties. Die lagen gedeeltelijk langs de oude spoorlijn naar Hoedekenskerke en deels op andere, zavelige dijkgronden. Gehoopt werd om de ondergrondse woelmuis (Microtus subterraneus) te vangen en dat lukte goed: in totaal 22 exemplaren werden gevangen, waarvan vijf hervangsten. Bijzonder was de vangst van een vrouwtje met haar drie jongen, die na een observatienacht werd teruggezet en later nogmaals met haar kroost werd gevangen. Tijdens de observatie was fraai te zien hoe de jongen werden gezoogd en daarna een appel of wortel verorberden.