Toch nog even een reactie n.a.v. het artikel in ‘Zoogdier’ 13(3) over het vroegere voorkomen van de das in Noord- en Zuid-Holland door Jaap Mulder. Eind van de vijftiger jaren werd door Dr. A. van Wijngaarden en J. van de Peppel (Lutra 6: 1-60) een eerste landsdekkende inventarisatie van dassenburchten uitgevoerd in Nederland. Zonder het gemak van het fenomeen e-mail en met de soms beperkte bereikbaarheid van diverse natuurgebieden en landgoederen, voeg daar aan toe de niet altijd bereidwillige medewerking van landgoedeigenaren en jachtopzieners, hebben deze auteurs toch een redelijk beeld verkregen van de historische en toenmalige verspreiding van de das. Wat betreft provincie Noord-Holland, wordt inderdaad alleen het voorkomen in Het Gooi ('s-Graveland, Huizen en Hilversum) genoemd. Voor Zuid-Holland, echter, worden de vangsten van niet minder dan tien dassen vermeld. Uit de duinstreek (Den Haag, 's-Gravenzande, Noordwijk, Noordwijkerhout en Rockanje) zijn zes meldingen bekend, alle van vóór 1900, terwijl de andere vier meldingen uit de Alblasserwaard (Bleskensgraaf (1930), Hoog Blokland (1946), Papendrecht (1900) en Wijngaarden (1930)) afkomstig zijn.