De geologie van het westelijk Middellandse-zeegebied, waartoe ook Elba behoort, is uiterst gecompliceerd en nog allerminst tot in details verklaard. In de Middellandse Zee ten westen van Italië bevinden zich twee zeebekkens met een aanzienlijke diepte: het Tyrrheense Bekken tussen Corsica/Sardinië, Italië en Sicilië, dat plaatselijk meer dan 3500m diep is, en een groot bekken ten zuiden van de Balearen, dat over grote oppervlakte de oceanische diepte van ruim 2000m heeft. In het Oligoceen en ook nog in het Mioceen moeten er in deze streken uitgestrekte landgebieden gelegen hebben en waren vele van de berglanden-van-nu zeebekkens. Een soort omgekeerd reliëf dus. Van Apennijnen was nog geen sprake. In de zeebekkens-van -toen werden vanaf de voormalige landgebieden enorme massa's sediment aangevoerd. Dit valt af te leiden uit de reconstructie van de richting waaruit dit sediment kwam in bijvoorbeeld Zuid-Frankrijk, Sicilië, Noord-Afrika, uit de reconstructie van oude rivierlopen, die landinwaarts blijken te gaan, en uit de aard van de afgezette gesteenten.

, , , , , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

J. Stemvers-van Bemmel. (1974). Het westelijk Middellandse-Zeegebied: een geologische rondblik. Gea, 7(2), 28–31.