Het aantal mineralen van het Laacher See-gebied is beperkt — met een stuk of 30 — 40 is het meeste wel bekeken. Een derde ongeveer komt gesteentevormend voor, de andere zijn voornamelijk accessorisch in de gesteenten of zijn holtemineralen. Het overgrote deel van de mineralen blijkt uit silikaten te bestaan, d.w.z. Sj02 in enige gebonden vorm te bevatten. Enige carbonaten, zoals aragoniet en calciet, een fosfaat: apatiet en enkele oxyden: magnetiet, limoniet en titaanoxyden vallen hier als voornaamste uitzonderingen buiten. Verscheidene mineralen zijn niet stabiel. Onderverzadigde ("kwartsarme") silikaten gaan onder gunstige omstandigheden samen met de smelt reageren tot stabiele, verzadigde.

, , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

J. Stemvers-van Bemmel. (1977). Mineralen in Laacher See-gesteenten. Gea, 10(1), 14–20.