De reacties van Fe° en/of FeS met H2S en/of sulfiden in zuur milieu leveren waterstof, die in eerste instantie gebruikt wordt voor de reductie van C02, waarbij als primaire produkten thiol en gesynthetiseerd worden (van methaan- tot butaanthiol). Deze kunnen verder reageren tot b.v. alcohol en of carbonzuren. Zodra deze ter beschikking staan kunnen thio-esters gevormd worden, waarbij het zuurgedeelte zowel carbonzuren alsook aminozuren kan zijn. Door met elkaar te reageren ontstaan grotere moleculen (multimerisatie). Naast deze routes bestaat ook de mogelijkheid dat de waterstof ertoe dient andere organische componenten te reduceren. Als een van deze componenten barnsteenzuur is, dan betekent dit de start van de omgekeerde citroenzuur-cyclus, met het resultaat dat langere koolstofketens, dus grotere moleculen, gesynthetiseerd worden. En omdat de primair gevormde waterstof eveneens voor de reductie van nitraat tot ammoniak gebruikt kan worden, is ook via deze weg de synthese van eiwitten mogelijk.

, , , , , , , , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

W. Heinen. (1997). Mineralen en gassen: basis voor de bouwstenen en structuren van het leven. II - een hoofdrolspeler in het nieuwe scenario: pyriet. Gea, 30(3), 85–89.