Op het najaarssymposium (2005) van de NKAM1 (Nederlandse Kring Aardse Materialen) hield dr. Ineke Joosten een lezing over de mineralogie van slakken, de restproducten die overblijven bij de productie en bewerking van bijvoorbeeld ijzer. Het was een interessante voordracht over de technologie van de vroeghistorische ijzerproductie. Dr. Joosten is werkzaam bij het ICN2 (Instituut Collectie Nederland), het kennisinstituut voor beheer en behoud van roerend cultureel erfgoed. Zij is in 2004 op dit onderwerp gepromoveerd aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Dit artikel valt globaal uiteen in twee delen: de technologie van de ijzerproductie en de specifieke aspecten van de vroeghistorische ijzerproductie in drie belangrijke productiecentra, achtereenvolgens het Overijsselse Vechtgebied, de Veluwe en Montferland. Voor een overzicht van deze drie gebieden wordt verwezen naar afb. 1. In de Romeinse periode vond in ons land de productie van ijzer plaats in het Vechtgebied. Hier zijn sporen gevonden van nederzettingen inclusief sporen van ijzerproductie: kuilovens waarin ijzer werd geproduceerd uit moerasijzererts, daterend uit de eerste tot de vierde eeuw AD. De productie van ijzer op de Veluwe en in Montferland vond plaats in de Vroege Middeleeuwen: respectievelijk van de zevende tot de negende eeuw AD en van de negende tot de elfde eeuw AD. Op de Veluwe en in Montferland werd gebruik gemaakt van zogenaamde aftapovens met klapperstenen als erts. De drie productiegebieden verschillen dus in ouderdom, gebruikt erts en soort oven [1,2].

, , , , , , ,
Gea

Copyright: GEA/auteur

Stichting Geologische Aktiviteiten

R. van Duijvenvoorde. (2006). Vroeghistorische ijzerproductie in Nederland. Gea, 39(3), 86–93.