In de winter 1985/86 zijn Rob Rieder en ondergetekende begonnen met het kleurringen van Kleine Zwanen in de Noordoostpolder. Er werden totaal 22 exemplaren gevangen. De vogels krijgen om beide poten één kleurring aan het loopbeen. Boven het linker loopbeen wordt een aluminiumring van het Vogeltrekstation aangelegd. Voor een gedeelte van de jonge vogels zijn de op dit moment in gebruik zijnde zwanenringen (26 mm) eigenlijk te groot, waardoor er kans op ”afzakken” van de ringen bestaat. In de jaren zestig is er een kleinere ringmaat in gebruik geweest van 23.5 mm. Hiervan zijn destijds totaal 1250 exemplaren uitgegeven (Arnhem 9.500.001 t/m 9.501.250). Deze maat is voor de jonge Kleine Zwaan soms geschikter.