Over het voorkomen van de Nederlandse vogels is al veel gepubliceerd. Van sommige soorten is het aantal broedparen of overwinteraars bij benadering bekend. Dit geldt vooral voor koloniebroedvogels, voor schaarse of zeer opvallende broedvogels en voor soorten waarvan de aantallen die in Nederland overwinteren, vrij gemakkelijk zijn te schatten of te tellen. Het is van groot belang dat ook van andere vogelsoorten beter bekend wordt, hoe groot de aantallen zijn, die in Nederland voorkomen en waar deze soorten te vinden zijn. Onder auspiciën van het Contactorgaan voor Vogelstudie van de K.N.N.V. zal nu geprobeerd worden, om van een voorlopig beperkt aantal broedvogels de aantallen vast te stellen over het gehele land. Alleen door gezamenlijke krachtsinspanning van vele medewerkers kunnen resultaten verkregen worden. Het is dan ook te hopen, dat deze medewerking zal komen uit alle kringen van ons ornithologisch leven. ledere soort zal door een of twee personen worden bewerkt. Wie aan het onderzoek van een soort wil deelnemen, wordt verzocht zich zo spoedig mogelijk op te geven bij de desbetreffende bewerker. Deze zal dan een stencil toesturen, waarop is aangegeven hoe de methode van onderzoek zal zijn. De bewerkers hopen ieder jaar een voorlopig overzicht bekend te maken en aan het eind van het onderzoek de resultaten te publiceren. De onderzoekperiode is per soort voorlopig op drie jaar gesteld, omdat dan beter rekening gehouden kan worden met eventuele aantalsschommelingen. De resultaten van het onderzoek kunnen voor de wetenschap en voor de bescherming van belang zijn, De vaak gehoorde klacht, dat veel vogelsoorten achteruitgaan is een grote stimulans geweest om met dit onderzoek te beginnen. Ook de keus van de soorten is er door beïnvloed.