Onder de zangvogels nemen de Goudhaantjes (geslacht Regulus) een aparte plaats in. Er komen bij ons twee soorten voor: het Goudhaantje (Regulus regulus) en het Vuurgoudhaantje (Regulus ignicapillus). Zij verschillen duidelijk in kleurpatroon, en ook in de zang, maar zijn eikaars evenbeeld in grootte, levenswijze en gedrag. Het zijn de kleinste onder onze vogels en ze zijn reeds bij oppervlakkige waarneming te herkennen als kleine vogeltjes die, rusteloos en acrobatisch, voedsel zoeken tussen bladeren en takken, en daarbij voortdurend hun kenmerkende hoge ijle roepjes laten horen. Zij pikken uiterst kleine insekten, larfjes en popjes van de takken en bladeren, en hun ongeëvenaarde bewegelijkheid en activiteit is nodig om dit voedsel in voldoende hoeveelheid te bemachtigen. Uit een onderzoek in Zuid-Zweden bleek dat daar de Goudhaantjes in de winter 90-96% van de dag besteden aan voedselzoeken (cf. Osieck 1976). In Denemarken foerageerden Goudhaantjes op de trek in het vroege voorjaar op takken van naaldbomen, waarop per meter slechts 3-4 insekten zaten met een gewicht van circa 0,1 milligram. Daarmee konden de Goudhaantjes niet voorzien in hun dagelijkse behoefte van circa 2 gram. Het bleek dan ook dat zij een deel van hun voedsel oppikten van het gras en andere vegetatie op de grond (Laursen 1976). Wij zagen ook meermalen Goudhaantjes tussen het gras foerageren, niet alleen in het voorjaar, maar ook in het najaar.

Het Vogeljaar

CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding")

Stichting Het Vogeljaar

C.P. Sikkema. (1977). Waarnemingen bij Goudhaantjes (Regulus regulus) en Vuurgoudhaantjes (Regulus ignicapillus) tijdens de trektijd in de provincie Groningen. Het Vogeljaar, 25(5), 225–230.