Aantal havikparen schommelde rond de 2100 in de jaren negentig. Gemiddeld was 82% van de paren in 1986-2001 succesvol (tegen 74% in 1972-85). Per succesvol paar (n=2625) werden gemiddeld 2.48 jongen grootgebracht (2.05 per paar). In 1986-2001 was 9.4% van de broedende vrouwtjes en 7.1% van de mannetjes in eerstejaars kleed; dat betekent een daling ten opzichte van de periode ervoor. Onder 1295 geringde jongen (1980-2001) was 54% een mannetje. In Keulen ontwikkelde zich een stadspopulatie, met een toename van 3 naar 23 paren tussen 1989 en 1996; deze broeden vooral op kerkhoven en in stadsparken. Na 1996 bleef de stand hier met 22 paren stabiel.(Elmar Guthmann, StraBen 10, D-51429 Bergisch Gladbach).