Een paar weken geleden kreeg ik een Grauwe Gors in de bus. Het was een wat mager nummer, deels gevuld met twee artikelen over de nieuwste belevenissen van soortenjagers over hoeveel vogelsoorten ze in één dag in de provincie Groningen hebben gezien. Kennelijk was het verhaal van Wim Woudmans c.s. in de Grauwe Gors 12(2) niet overtuigend genoeg voor de soortenjagers om hun neiging tot publiceren van privépretjes eens wat kritisch te bekijken. Integendeel, want maar liefst twee teams soortenjagers (een wedstrijd binnen een wedstrijd?) hebben in de afgelopen Grauwe Gors een verslag geschreven over hun belevenissen en resultaten van hun eenvoudige verlangens naar een zo lang mogelijke Groningse ééndagssoortenlijst. Het is uitermate vermakelijk te lezen, dat ze vinden dat Nijlgans, Knobbelzwaan en Stadsduif wel in hun soortentelling mee mogen doen maar dat Flamingo, Soepgans, Indische Gans en Zwarte Zwaan uitgesloten zijn hoewel van de laatste soort deze zomer 2 paar succesvol in het Noorderplantsoen gebroed hebben.