Jaarlijks overwinteren in de stad Groningen enkele duizenden kokmeeuwen. Ongeveer 2% van de meeuwen is geringd. Het voorkomen van deze geringde vogels wordt sedert 1977 systematisch onderzocht door middel van het aflezen van de ringen met een kijker of telescoop (Prak & Van Dijk 1936, Boekema 1987, Van Dijk 1989). Dit artikel geeft een samenvatting van de resultaten uit 1977 t/m 1990.