Tot in de jaren zeventig was de Blauwborst (Luscinia svecica) in Nederland een bedreigde soort die in aantal afnam (Osieck & Hustings 1994). Vanaf de jaren tachtig maakte de Blauwborst een ware opmars en verspreidde zich daarna vanuit verschillende kerngebieden (o.a. Biesbosch en Oostvaardersplassen) over andere delen van Nederland (Meijer & Van der Nat 1989; Hustings et al. 1995). De soort neemt met name toe in rietruigte in klei- en laagveenmoerassen (Van den Brink et al. 1996). De uitbreiding en het huidige voorkomen in de provincie Groningen wordt beschreven door Van ’t Hoff (in prep.). De areaaluitbreiding en de biotoopkeuze van de Blauwborst is goed gedocumenteerd (Meijer & Van der Nat 1989; Hustings et al. 1995), er is echter nauwelijks informatie over de dichtheid waarin de Blauwborst kan voorkomen. Aan de hand van in 1999 uitgevoerde inventarisaties in vijf gebieden wordt de biotoopkeuze en dichtheid van Blauwborsten in enkele biotopen in Oost-Groningen berekend.