Aan de hand van wekelijkse tellingen in combinatie met ringonderzoek is getracht inzicht te krijgen in het voorkomen van Goudvinken in een tuin in Leek. Goudvinken komen vooral voor van eind de- cember tot eind april. Het lijkt erop dat het hier vooral gaat om plaatselijke broedvogels die, nadat hun voedselbronnen elders zijn uitgeput, gebruikmaken van het aangeboden voedsel. Slechts één vogel behoorde tot de ondersoort pyrrhula. Deze ondersoort broedt in Noord- Europa en trekt in sommige jaren zuidwaarts.