In de jaren zeventig en tachtig zijn veel bossen aangelegd in het open landschap van Oost-Groningen. De oudste van deze bossen herbergen inmiddels bomen van formaat en een leuke broedvogelbevolking. Als de bossen op rijke gronden een leeftijd bereikt hebben van zo’n 25 jaar vinden dunningen plaats met een oogstmachine (de Timberjack). In onze Groningse loofbossen is dit een groeiende tendens mede omdat het arbeidsveiligheids- en het kostenaspect in bosbeheer meegenomen dienen te worden. De oogst met de machine veroorzaakt echter een beeld dat grof, grootschalig en nietsontziend overkomt. Maar wat is nou precies het effect op de broedvogelbevolking van houtoogst door de Timberjack? Om dat eens te bekijken is de broedvogelbevolking van twee bossen voor en na de houtoogst op een rijtje gezet.