No Harbour Porpoises were reported from Dutch coastal waters in January 1997, but these cetaceans were common in February, March and April. Multiple sightings from seawatching sites include many records from the coast of Zuid-Holland. Shipbased surveys along the Wadden Sea islands have demonstrated the rapid decline in numbers in early summer. Harbour Porpoises were rare June-Seplemher and the first porpoises were recorded again late October, both during ship-based surveys and from seawatching sites. Since the come-back of Harbour Porpoises in Dutch waters in the late 1980s, annual wintering numbers fluctuate widely, with spring 1994, 1996, and 1997 being exceptionally 'productive'. Harbour Porpoises are now regular winter visitors in Dutch coastal waters, mainly off the coast of Noord-Holland and along the Wadden Sea islands, being most numerous between December and early April. Waarnemingen van zeezoogdieren worden al enkele tientallen jaren verzameld door zeetrektellers, sinds 1991 verenigd in de Nederlandse Zeevogelgroep. Dankzij de volhoudendheid van de zeetrektellers, dagelijks actief sinds 1972 op een flink aantal vaste telposten langs de kust, zijn zowel het ontbreken van Bruinvissen Phocoena phocoena in de jaren zeventig als hun come-back in de jaren tachtig nauwkeurig gedocumenteerd (Camphuysen & Leopold 1993, Camphuysen 1994). Tegenwoordig bellen de meeste 'vaste tellers' van de werkgroep Club van Zeetrekwaamemers hun Bruinviswaamemingen onmiddellijk door, zodat een goed beeld wordt gevormd van de sterk wisselende aantallen in onze kustwateren. Sinds 1987 worden ook veel tellingen van vogels en zeezoogdieren vanaf schepen uitgevoerd, waardoor ook een ruimtelijke indruk van het voorkomen van Bminvissen in onze kustwateren is gevormd (Camphuysen & Leopold 1993).