Het zal u niet ontgaan zijn: onze vlinders lijken steeds vroeger te gaan vliegen. Dat zien we bij losse waarnemingen, maar daarbij weet je nooit zeker of het niet komt door de toegenomen belangstelling voor het doorgeven van waarnemingen. Daardoor wordt immers de kans op erg vroege waarnemingen ook groter. Maar binnen het Landelijk Meetnet Vlinders is altijd volgens een vaste methode geteld. Die gegevens kunnen we hiervoor dus wel gebruiken. We hebben gekeken naar de dag dat 10% van de waarnemingen gedaan is. Zo filteren we de extreem vroege eruit (dat kan tenslotte toeval zijn). Dat komt zo dicht bij het moment dat de meeste mensen denken:'Hé, een oranjetipje. Leuk!'. Bij soorten met meer dan één generatie kijken we alleen naar de eerste generatie en bij soorten die als vlinder overwinteren naar de eerste generatie nakomelingen.