Er is geen knaap, die niet weet, dat een vlinder niet uit een ei, komt; hij verzamelt rupsen, ziet hen pop worden en verwacht de kapel uit deze laatste gestalte. Menigeen weet ook, dat uit de eitjes, door eene vlieg op het vleesch gelegd, geene vliegen, maar maden komen, welke nog moeten verpoppen, eer zij het volkomen insekt worden. In één woord, het is algemeen bekend, dat deze en soortgelijke diertjes eene voor elk zigtbare gedaante-wisseling of metamorphose ondergaan. In oorden, waar de Meikever menigvuldig is, moge men eene gelijksoortige wisseling van gedaante van dit insekt kennen, niet zoo algemeen bekend of opgemerkt is over het geheel genomen, die van kevers, torren en dergelijke, en wel allerminst, dat zij bij deze levensontwikkeling niet zelden bewonderenswaardige kunstgewrochten tot stand brengen.