Als men een voorwerp van ijzer van de temperatuur van smeltend ijs, of nul graden Celsius, één graad verwarmt, wordt zijn inhoud 36 millioensten grooter. Voor koper bedraagt dit 52, voor glas 26 millioensten, voor elke andere stof, die door verwarming uitzet, is er weer een ander getal. Deze getallen heeten uitzettingscoëfficienten. Zilver geleidt den galvanischen stroom tienmaal zoo goed als platina, goud zesmaal, koper zeven- à achtmaal zoo goed.