Het konijn is het eenige huisdier, dat uit de orde der Knaagdieren (Rodentia) gewonnen werd en terwijl alle andere huis-zoogdieren van uit het Oosten tot ons zijn gekomen, kwam het konijn — en met dit dier zijn grimmigste vijand, het fret — uit het Zuid Westen van Europa. Wel heeft men langs de geheele Westkust van Europa, van Portugal tot Engeland en Duitschland fossiele overblijfselen van konijnen gevonden, maar deze stammen alle uit het diluviaaltijdperk. De toenemende afkoeling van het Noorden schijnt het diertje daar ten ondergang te hebben gebracht; in elk geval kan het in het oude Griekenland en Italie niet in wilden staat geleefd hebben, daar anders de oude Grieken en Romeinen hierover niet zouden hebben gezwegen en uit de grijze Oudheid komen alleen berichten van dit dier tot ons uit Spanje. Daar vonden de Romeinen het konijn, brachten bet over naar hun eigen land en naar hunne koloniën en benoemden bet dier, na het vooraf voorzien te hebben van een Latijnschen uitgang, naar den Iberischen naam Cuniculus, zooals ook door een oorspronkelijken volksstam in Zuid Spanje een onderaardsche gang met dezen naam werd aangeduid, welke beteekenis van het woord eveneens door de Romeinen werd overgenomen.