Men mag als bewezen aannemen, dat er meer dan één ijstijd is geweest, dat er nog meer ijstijden zullen komen en dat de vroegere ijstijden afgewisseld werden door interglaciale perioden en wij ons ook tegenwoordig in zulk een interglaciale periode bevinden. Men mag als bewezen aannemen, dat de ijstijden niet slechts als temperatuurverschijnselen, maar vooral als vochtigheidsverschijnselen moeten worden beschouwd en dat, bij een geringe wijziging der temperatuur, een rijke vochtigheidstoestand van de lucht de glaciale verschijnselen te voorschijn kan roepen.