Uit eene nauwkeurige studie van de wijze, waarop de dieren verspreid zijn, blijkt, dat de verdeeling van de aardoppervlakte in vijf werelddeelen, die in de geographie algemeen in gebruik is, zelden gebezigd kan worden wanneer het er op aankomt, de grenzen van soorten — en nooit om die van geslachten te bepalen. Green enkel zoogdieren- of vogelgeslacht bijv. is uitsluitend tot Europa beperkt en zelfs de meeste soorten strekken zich ook buiten dit werelddeel uit; de wilde kat komt o. a. behalve in Europa, in Noord-Afrika, Siberië en Afghanistan voor; de vos wordt nog meer westelijk, nl. tot aan de Amoer aangetroffen; voorbeelden, die gemakkelijk met vele andere zouden vermeerderd kunnen worden. Wanneer men dus de wijze wil beschrijven, waarop de dieren verspreid zijn, dan is de eerste vraag, die zich voordoet, deze; is naar aanleiding van de verspreiding der dieren ook eene andere verdeeling van de aardoppervlakte mogelijk? Het is SCLATER geweest, die het eerst, steunende op de verspreiding der vogels, zulk eene verdeeling voorstelde. Hij onderscheidde nl. zes streken of zoogenaamde »regionen”, welke in dezelfde uitgebreidheid gelden als men de verdeeling op de verspreiding der zoogdieren baseert. Deze zes regionen werden later ook door WALLACE aangenomen, die zich door zijne dierengeographische studiën een onsterfelijken naam verworven heeft.