Onder den titel »Aphorismen über Wasserversorgung” worden door den hoofdingenieur der Berlijnsche waterleiding PIEFKE in het Zeitschrift für Hygiene de uitkomsten van een aantal proeven over filtratie medegedeeld, welke misschien voor de lezers van het Album niet van belang ontbloot zijn. De onderzoekingen betreffen uitsluitend de gewone filtratie van drinkwater door een laag zand van gemiddelde fijnheid, zonder eenige toevoeging van chemische stoffen. De waterverzorging van Berlijn geschiedt van twee punten uit; gedeeltelijk wordt het water uit het Tegelermeer genomen, gedeeltelijk uit de Spree. De eerste inrichting, nieuwer en beter aangelegd dan de andere, heeft bovendien het voordeel, een vrij zuiver water te vinden, zoo dat de zuivering , die dit water nog te ondergaan heeft, weinig moeite oplevert. Daarentegen is de oudere inrichting aan de Spree van veel minder deugdzame constructie, en krijgt bovendien een water te verwerken dat verre van helder is, en met bacteriën rijk beladen. Van daar dat de Spree-filters aan de beambten der leiding voortdurend hoofdbreken kosten en alles moet gedaan worden om deze filters zoo voordeelig mogelijk te doen werken. Nu stelt PIEFKE aan een filtratie van drinkwater veel hooger eischen dan dat het voor het oog helder zal gemaakt worden; integendeel verlangt hij, dat ook de opgeloste verontreinigingen en niet het minst het bacteriëngehalte aanzienlijk zullen verminderd worden. Vandaar, dat in zjjn proeven regelmatig het bacteriëngehalte van het water vóór en na de filtratie is bepaald geworden, met behulp van de gewone gelatinemethode.