De verbreiding van den bouw der graangewassen is band aan hand gegaan met die der beschaving. Niet ten onrechte gaven de ouden aan CERES den naam van Legifera, de Wetgeefster. Evenwel zouden wij te vei gaan door de beschaving van de teelt der graangewassen geheel afhankelijk te stellen. IJsland speelt een niet onbelangrijke rol in de cultuurgeschiedenis, de dichters der Edda waren geen ruwe krijgers of onwetende herders, en toch schijnt het, dat dierlijk voedsel door zijn bewoners, zoowel als door die van Lapland, Groenland enz., in eene mate wordt verbruikt, die ons bewoners van door de natuur meer bevoorrechte streken ongeloofelijk voorkomt. Zoo deelt een Noordpoolreiziger mede, dat een jonge groenlander in vier-en-twintig uur o. a. vijf kilogram zeehondenspek en twee kilogram brood verslond, en ook latere bezoekers der noordelijke kuststreken geven ons vele voorbeelden van den buitengewonen eetlust harer bewoners, die trouwens hoofdzakolijk door producten aan hot dierenrijk ontleend bevredigd wordt. Anders is het beneden 70° N.B. De behoefte aan dierlijk voedsel blijft wel is waar bestaan, doch het zijn vooral de voortbrengselen uit het plantenrijk, die den honger stillen. Zeer velen bijv. in Hindostan het hooge zelfs alle dierlijke spijs. De Fakir zou, overgebracht in het hooge Noorden, moeten kiezen tusschen het opgeven zijnor godsdienstige overtuiging en den dood.