De eenige courant, ooit door roodhuiden in hun taal geschreven en uitgegeven, is of liever was — want bij gebrek aan ondersteuning is zij aan het slot van het vorig jaar bezweken — the Cherokee Advocate. Zij verscheen te Tahlequah, Ind. Territory, en was het officiëele orgaan van de Cherokeezen. Dezen hadden hun eigen drukkerij en een goeden voorraad letters, die nooit vernieuwd zijn, daar de matrijzen na het gieten, een 70 jaar geleden, vernietigd werden. Het debiet beperkte zich tot een kleine driehonderd exemplaren, de lezers waren uitsluitend volbloed-indianen. Door de zoodanigen werd de courant ook geheel geredigeerd en gedrukt, al namen nu en dan blanken deel aan de verspreiding, een enkele maal zelfs aan het verschaffen van copie. Dit laatste deed o. a. W. R. DRAPER, die een tijdlang te Tahlequah werkzaam was en aan wiens artikel in Scientific American het mijne hoofdzakelijk ontleend is. Eenige bijzonderheden over de Cherokeezen, die DRAPER voor zijn lezers niet noodig vond mede te deelen en ik aan THEOD. JORISSEN verschuldigd ben¹, mogen tot beter verstand van het volgende voorafgaan.