’t Wordt tijd de lezers van dit tijdschrift iets nader met genoemd element bekend te maken, dat, naarmate het nauwkeuriger gekend wordt, des te meer de verbazing wekt van de natuurkundigen. Welk gewicht men aan de ontdekking hecht, kan o. a. hieruit blijken, dat men aan den heer en mevrouw Curie, in gemeenschap met den heer Becquerel, laatstelijk den Nobelprijs heeft toegekend voor de gewichtigste ontdekking op natuurkundig gebied en dat de Fransche regeering voor eerstgenoemden onderzoeker een leerstoel ter beschikking heeft gesteld.¹ En geen wonder. Niet alleen toch dat het nieuwe element oude theorieën doet opleven, zooals de emissie-theorie van Newton en zelfs de transmutatie-leer der alchemisten, volgens welke uit één element een ander kan ontstaan, maar het schijnt ook de deelbaarheid der atomen te demonstreeren, een nieuwe bron van energie te openen en algeheele wijzigingen te brengen in onze opvattingen aangaande het wezen der materie.