De man, wiens lotgevallen en wetenschappelijke verdiensten hier geschetst zullen worden, heeft een veelbewogen leven gehad. Althans voor een scheikundige, wiens veel tijd en geduld eischend vak het meêbrengt, dat hij zijn beste levensjaren slijt tusschen de retorten en bekerschalen van het laboratorium en de boeken en paperassen van de studeerkamer. Zulk een bestaan kenmerkt zich gewoonlijk niet door een werkzaam aandeel aan het openbare leven of door merkwaardige lotswisselingen, het ontleent zijn beteekenis meestal uitsluitend aan het daarin verricht wetenschappelijk pionierwerk. Natuurlijk zijn er enkele uitzonderingen op dezen regel en bij ’t hooren van PRIESTLEY’S naam denkt men haast terstond aan zijn nog beroemder tijdgenoot LAVOISIER en diens tragisch uiteinde.