In het Twentse plaatsje Losser ligt midden in een woonwijk een bijzondere groeve waarin zandsteen is gewonnen, de Losserse Zandsteen. Staring, de grondlegger van de Nederlandse geologie, heeft deze zandsteen in de eerste helft van de negentiende eeuw al aangetoond en te zijner nagedachtenis is de groeve tot geologisch monument verklaard. Om de zandsteen goed te kunnen bewonderen, moeten we naar de Duitse plaatsjes Bentheim en Gildehaus, net over de grens bij Enschede. Hier liggen zandsteengroeves, en tientallen gebouwen in de omgeving – waaronder het eeuwenoude slot Bentheim en de molen van Gildehaus – zijn met deze zandsteen gebouwd. De Nederlandse geoloog dr. W.C.H. Staring (Afb. 1) wees al in het begin van de negentiende eeuw op het voorkomen van zandsteen in het plaatsje Losser, die hij ontdekte tijdens de door hem uitgevoerde geologische kartering van Nederland. Zijn eerste geologische kaart verscheen in 1844. Burgemeester C.W. Eekhout van Losser liet in 1843 nader onderzoek door Staring doen. Hij liet een tweetal boringen uitvoeren, waarvan de eerste mislukte omdat het boorgat steeds vol water liep. In de tweede boring werd op een diepte van 10 m de zandsteen aangeboord. In het rapport werd vermeld dat ‘de vaste steenlagen hier op eenen diepte van ruim vijf el diep onder het oppervlak beginnen’. De bedoeling van dit onderzoek was na te gaan of er kalkmergels in de ondergrond voorkwamen die gebruikt konden worden als meststof. In 1853 werd de zandsteen ‘door eenen proefput van negen el diepte onderzocht’. Volgens Staring was deze zandsteen gelijk aan die welke bij de Duitse plaatsjes Bentheim en Gildehaus worden gewonnen. Doordat de eigenaar van de grond deze weigerde te verkopen, bleef verdere ontginning van de zandsteen hier achterwege. De zandsteen bleek later echter te zacht om als bouwsteen dienst te doen. Soms is ze zelfs lemig en kalkhoudend (Staring, 1860). Toen in 1965 plannen werden gemaakt om op de Losserse es een woonwijk te gaan bouwen, nam het lid van de Geologische Vereniging W.F. Ansderson, die in Losser woonde, samen met een groepje amateurgeologen het initiatief om de door Staring blootgelegde zandsteenbank opnieuw te ontsluiten. Op de locatie werd de zandsteen al op een diepte van vier meter aangetroffen en besloot men tot de oprichting van de “Stichting Staringmonument”. Deze stichting heeft tot doel het bestaande monument in stand te houden en het wetenschappelijk onderzoek naar de zandsteen te bevorderen. Op 22 mei 1968 werd de groeve geologisch monument (Afb. 2).