In 2002 is onderzoek gedaan naar het landschapsgebruik van de meervleermuis Myotis dasycneme (Boie, 1825). Het is de eerste keer dat vleermuizen in Nederland door middel van telemetrie worden opgespoord en gevolgd. Telemetrie is het op afstand volgen van dieren, die van een zender zijn voorzien, met behulp van ontvangers en antennes. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met de Vereniging voor Zoogdierkunde en Zoogdierbescherming (VZZ), het Nationaal Natuurhistorisch Museum Leiden (Naturalis) en de Universiteit Leiden. Het onderzoek richt zich voornamelijk op het westen van het Groene Hart, een gebied dat zich, van Noord naar Zuid, uitstrekt van Roelofarendsveen tot Den Haag en, van Oost naar West, van Waddinxveen en Aarlanderveen tot de Zuid-Hollandse kust. Het is een zeer waterrijk gebied met veel brede poldersloten, kanalen en andere grote watergebieden, zoals de Brasem, de Kagerplassen, de Zoetermeerseplas, de Vlietlanden en de Reeuwijkse plassen.