Hoeveel soorten organismen leven er in één gram grond? Of in een liter zeewater? Wanneer we inzoomen van groot naar klein blijkt dit aantal enorm te zijn. Bacteriën zijn er in onvoorstelbare aantallen en om het aantal soorten vast te stellen zou jaren van microbiologisch onderzoek nodig zijn (als dat al mogelijk is). Toch neemt in ons ”eigen” Antropoceen de biodiversiteit wereldwijd sterk af, in een veel hoger tempo zelfs dan in welk tijdperk daarvoor dan ook. Een opmerkelijke vaststelling, gezien de eerdere constatering dat we niet eens het werkelijke aantal soorten in een gram grond kennen, laat staan in een natuurgebied of in de wereld. Ook in de natuurbescherming draait het altijd om zichtbare, knuffelbare soorten. Niet vreemd, maar toch: is het ook mogelijk (en misschien zelfs verstandiger) om de basis van voedselketens te beschermen? Is er een reservaat voor een bacterie, schimmel of aaltjessoort denkbaar waar wij trots op kunnen zijn? Beschermen we wel de goede dingen? Want wie het kleine niet eert ….