In het CB 240: 373 doet de heer Boerman een uitspraak, die om tegenspraak vraagt: ”.....maar dat alsmaar ontdekken en beschrijven van nieuwe soorten en variëteiten, maakt op mij de indruk van een soort rage ......, zo worden er de laatste tijd namen gegeven aan minuscule schelpjes, die zich van soortgenoten onderscheiden door verschilletjes, die alleen maar bij een minstens veertigmalige vergroting zichtbaar gemaakt kunnen worden. En dat gaat mij te ver; ik heb niet de indruk dat de wetenschap daar veel bij gebaat is maar ik kan 't niet meer bijhouden en ik zie er bovendien het nut niet van in"".