Verschillende in ons land gevonden noordelijke zwerfstenen bleken bij nader onderzoek hun oorsprong te hebben in het Zweedse Oostzeegebied. Dit geldt zowel voor losse grotere fossielen , zoals stromatoporen en koralen(Bos, 1944, pp. 102, 107), als voor een grote verscheidenheid aan sedimenten. Ik noem hier slechts de Orthocerenkalk, Beyrichienkalk, Crinoidenkalk, Leperditiakalk, Koraalkalk (Van de Kley en De Vries, 1945, pp. 97-98) , Gotlandse obliet (Bos, 1944, p. 82) en oblietische Hallakalksteen (Manten, 1958). Een uitvoerige bewerking van het in Nederland gevonden mat eriaal, waarvan de herkomst in het Zweedse Oostzeegebied wordt gezocht, lijkt mij, vooral ook in het licht van het vele werk, dat de laatste halve eeuw in Gotland en Oland is verricht, zeer de moeite waard. In de eerste plaats is daarvoor echter een overzicht nodig van de geologie van het betreffende gebied. In een drietal bijdragen zal getracht worden u zulk een overzicht van de in het Zweedse Oostzeegebied voorkomende Cambrische- en Silurische- (Ordovicische - en Gotlandische-) afzettingen te geven, ten dele gebaseerd op de beschikbare literatuurgegevens, voor een ander deel op eigen veldstudies. De N.V. Rederij "Nordö" te Kalmar ben ik dankbaar voor de mogelijkheid die zij mij bood, als aanvulling op het gedurende de zomers van 1956, 1957 en 1959 verrichte veldwerk in Gotland, ook kennis te nemen van de geologie van Oland.