De u allen vertrouwde naam Vogeltrekstation stamt uit de dertiger jaren, toen in het kader van de Stichting ’Vogeltrekstation Texel’ (opgericht 30-1-’31) de pioniers van het trekonderzoek in Nederland, vooral W.H. van Dobben en G.F. Makkink, op allerlei wijzen trachtten meer inzicht te krijgen in het verloop van de vogeltrek over Nederland. In die jaren berustte de administratie van het ringwerk bij het Rijksmuseum voor Natuurlijke Historie in Leiden. Toen in 1954 het Instituut voor Oecologisch Onderzoek (100) werd opgericht, werden zowel het trekonderzoek van de Stichting als (na enkele jaren) de ringcentrale daarin ondergebracht, en wel in de afdeling Vogeltrekstation. Aanvankelijk werd bij het 100 veel onderzoek over vogeltrek gedaan, zowel veldwaarnemingen als experimenteel onderzoek over de oriëntatie van Spreeuw, Vink en Wintertaling. Geleidelijk is daarin verandering gekomen, vooral omdat onderzoek naar algemene oecologische problemen de voorkeur kreeg boven het specialistische trekonderzoek.