Er is al veel geschreven over aantalsschommelingen en vrijwel iedere vogelaar is op de hoogte van de sleutelrol dat voedsel hierbij speelt. Ringers maken hier soms een dankbaar gebruik van om door het inrichten van een vaste voerplaats hun ringtotalen flink op te vijzelen. Ook wij hebben ons daaraan bezondigd, door ten zuiden van IJsselstein bij onze vaste vangplaats een voerplaats in te richten. Deze blijkt met name erg aantrekkelijk te zijn voor groenlingen, waarvan hier de afgelopen 3 jaar ruim 600 zijn geringd. Het WRK terrein te Jutphaas is een ander terrein waar wij in de zomer en herfst vrij geregeld met invliegnetten plegen te vangen. Wij hebben daar nog geen vaste voerplaats en de groenling is er (zodoende?) een soort die slechts vrij zelden wordt gevangen. De merel is hier als regel de meest buitgemaakte soort. Wij ringden er de afgelopen 3 jaar 128 van deze vogels. Dit aantal is uiteraard te klein om er vergaande conclusies aan te verbinden. Desondanks willen wij graag enkele feiten memoreren, die ons de moeite waard lijken om er in relatie tot de problematiek van de aantalsschommelingen aandacht aan te schenken.