In het laatste nummer van ‘Vlinders’ (nov. 1996) schrijft Harm Werners uit Putten over de camouflagetechniek van het Boomblauwtje (Celastrina argiolus). Een heel leuk verhaaltje, maar volgens mij iets bezijden de werkelijkheid. Hoewel ik geen onderzoeker ben of specialist, durf ik dit te beweren om de volgende, simpele reden. Dit jaar heb ik, in navolging van m’n vlindervriend Tom Verveer, eitjes gezocht en gevonden van het Boomblauwtje. Deze zijn in de nazomer te vinden op Klimop (Hedera helix) en wel pal onder de nieuwe bloemknoppen. Meestal wordt één eitje afgezet onder de bloemknop zodat het rupsje straks voldoende voedsel kan vinden. De rups eet namelijk vrijwel uitsluitend van de knop, zelden van de blaadjes.