De aloude graafschap Zutfen, zoo rijk aan historische -herinneringen uit onze oudste geschiedenis, is ook voor den natuuronderzoeker niet minder belangwekkend, dan voor den historicus. Vindt de laatste hier een tal van de oudste geschiedkundige bronnen en oorkonden, ook de geoloog treft hier overblijfselen aan van de oudste aardlagen, die in ons vaderland zijn aan te wijzen en die, als het ware, de oudste oorkonden zijn uit den vóórhistorischen tijd van ons land. Doch vooral voor den botanicus biedt deze streek veel aantrekkelijks aan door de eigenaardige rijke flora, die in vele opzichten merkwaardig is en die zeker voor een groot deel het gevolg is van de verscheidenheid van gronden, die men hier aantreft. In het algemeen vertoont de bodem van ons vaderland niet die groote afwisseling in de doelen van hare oppervlakte, die men in andere naburige landen gewoonlijk kan opmerken. Aan de vorming van onzen geboortegrond toch hebben in hoofdzaak slechts twee verschillende formaties deelgenomen: het alluvium en het diluvium, behalve enkele kleinere gedeelten, die, tot de oudere aardlagen van het tertiaire en secundaire tijdvak behoerende , in ons land slechts van zeer ondergeschikt belang zijn. Toch is er nog veel verschil op te merken in den bodem van het westelijk, met dien van het oostelijk gedeelte van Nederland en in verband daarmede, ook in den aard der gronden en in den plantengroei, die daarop heerscht.