Men heeft dikwijls het schitterend succes, dat sommige personen behaalden door de meest woeste wilde paarden binnen eenige uren volkomen te temmen, aan de werking van het hypnotisme toegeschreven. Een Amerikaan, W.J. POWEL, heeft hierover een geschrift uitgegeven , dat nagenoeg onvindbaar is geworden sedert zijne verschijning in 1838. Dit zeer zeldzame geschrift is evenwel herdrukt in eene amerikaansche verzameling en de heer STANLEY HALL heeft er een goed uittreksel van geleverd. POWEL was een zeer goed humanist, bedreven in oude en nieuwe letterkunde, maar het was door zijne kunst dat hij zich fortuin verwierf. Hij had van twee tot zestien uren noodig om de wilde paarden , die men gevangen had, ten onder te brengen. Zijne methode was zeer eenvoudig. Het paard werd in eene kleine afgesloten ruimte gebracht waarin POWEL zich bevond. Om te beginnen keerde het dier altijd aan POWEL den rug toe. Na 15 of 30 minuten keerde het zich om. Dan naderde de temmer langzamerhand tot het paard, maar op eene bijna onmerkbare wijze. Bij elk teeken van vrees, dat het dier gaf, bleef hij stil staan , om weder vooruit te gaan zoodra het dier weer kalm was. Bij het paard gekomen, lichtte POWEL even langzaam en bijkans onmerkbaar de hand op , om eindelijk de neusgaten licht, maar snel te streelen. Langzamerhand ging zijne hand verder en streelde het voorhoofd, den hals, de schoft, in ’t kort, achtereenvolgens het gansche lichaam. Dan was, dank deze zachte en geduldige handelwijze, het paard getemd en liet zich gemakkelijk naderen. Deze zelfde methode, toegepast op een wild zwijn en een wild hert, gaf POWEL verrassende resultaten ; na een enkelen dag kwamen beide dieren uit de hand des temmers eten, en dat wel in volkomen vrijheid en in tegenwoordigheid van talrijke toeschouwers.