Het was in het midden van September des vorigen jaars dat in de noordelijke Hansestad, het “noordelijk Venetië”, te Dantzig, sedert een verloop van 20 jaren, de 53ste vergadering van duitsche natuuronderzoekers en geneesheeren plaats had. Tal van geleerden wedijverden, elk op zijn gebied, om aan het doel der bijeenkomst luister bij te zetten, hetzij door onderling gesprek, hetzij door voordracht in gespierde taal de vruchten van hunne onderzoekingen mede te deelen en alzoo bij te dragen tot de meer en meer veld winnende overtuiging, dat natuur- en geneeskundige wetenschappen één band moeten vormen om met des te scherper blik de natuurverschijnselen te kunnen beoordeelen. Onder die geëerde sprekers was ook Prof. EDUARD STRASBURGER uit Jena, die in algemeene trekken behandelde: “de geschiedenis en het tegenwoordig standpunt der cellenleer.”