»Nach Golde drängt, Am Golde hängt, Doch alles” — en zoo kan het niet verwonderen, dat de pogingen der oude alchemisten nu en dan vernieuwd worden. Hierbij komt, dat de onmogelijkheid van de kunst niet vatbaar is voor bewijs en dat integendeel de mannen der wetenschap de kunstmatige bereiding van eenig metaal uit andere stoffen, dus ook de omzetting van het eene metaal in het andere, voor een weliswaar uiterst moeilijk, maar niet onoplosbaar chemisch hoogst belangrijk probleem houden. In den laatsten tijd hoort men nu uit het land van den dollar van lieden, die het daar zoo overvloedig voorkomend, sterk gedepreciëerd witte metaal in het gele trachten om te zetten. De aanleiding daartoe zijn de bekende onderzoekingen van M. CAREY lea over de allotropie van het zilver. Sedert daarover in dit tijdschrift (Jaarg. 1890, bijblad bladz. 35) bijzonderheden werden medegedeeld, heeft deze zjjn onderzoekingen voortgezet, die ook door vele anderen met gelijksoortigen uitslag herhaald zijn. Tot een bevredigende verklaring van de vreemde toestanden, waarin het zilver kan gebracht worden (trouwens ook eenige andere metalen), is het evenwel nog niet gekomen.