In het grind dat de Baltische Oerstroom (de Eridanos) in noordoostelijk Nederland heeft neergelegd, zijn ordovicische verkiezelde kalkstenen niet zeldzaam. Vaak zijn er mooie en bijzondere fossielen in te vinden, al behoren de meeste tot de categorie ‘klein maar fijn’. Onder deze fossielen zijn algen goed vertegenwoordigd. In 1994-1997 zijn ze in dit blad gedetailleerd in kaart gebracht door Freek Rhebergen, die daarmee voor Nederland pionierswerk verrichtte. Hier wordt opnieuw aandacht gevraagd voor ordovicische algen, in het bijzonder voor vertegenwoordigers van het geslacht Cyclocrinites. Bij verzamelaars van zwerfsteenfossielen zijn ze vooral bekend als mooi getekende bolletjes in de baksteenkalk. In wetenschappelijke studies hebben de Nederlandse exemplaren weinig aandacht gekregen. Dat is spijtig, want ze laten details zien die in niet-verkiezelde exemplaren van elders niet bewaard zijn. Het loont daarom de moeite deze algen nauwkeurig te bestuderen. In deze bijdrage wordt een aantal observaties gepresenteerd tegen de achtergrond van gegevens uit de wetenschappelijke literatuur.

, , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,
Grondboor & Hamer

CC BY 3.0 NL ("Naamsvermelding")

Nederlandse Geologische Vereniging

Percy van Keulen. (2011). Cyclocrinites, een ordovicische alg. Grondboor & Hamer, 65(6), 184–190.