In het eerste deel van Entomologische Berichten wordt in 1903 bericht over de vangst van de kortschildkever Velleius dilatatus. In dit artikel geven we een overzicht van de ontdekking en biologie van deze kever, die inmiddels de naam Quedius dilatatus heeft. Deze kever ontwikkelt zich uitsluitend in de nesten van de hoornaar Vespa crabro. De levensstadia van de soort wordt door middel van foto’s geïllustreerd en de thans bekende verspreiding wordt in een kaart gepresenteerd. Na een periode van veertig jaar zonder waarnemingen, wordt de kever de laatste decennia weer vaker gevangen. Deze recente toename komt overeen met de toename van de hoornaar, en met het gebruik van bepaalde vallen. De meeste individuen zijn namelijk gevangen met vallen die kevers lokken met een mengsel van ethanol, water, glycerol en azijnzuur; een mengsel met een geur die lijkt op de geur van vers dood hout


Additional Files
EB 81.jpg Cover Image , 427kb